Unit testen vs. Integratietesten: De belangrijkste verschillen begrijpen

Intro

Testen is de basis van het bouwen van betrouwbare software. Het helpt ontwikkelaars bugs op te sporen en te bevestigen dat functies werken zoals bedoeld.

Maar testen is niet one-size-fits-all.

Twee kernbenaderingen, unit testen en integratietesten, dienen verschillende doelen en ze door elkaar halen kan gaten laten vallen in je teststrategie.

Deze blogpost legt uit wat unit testen en integratietesten van elkaar onderscheidt en hoe je ze effectief kunt gebruiken.

Wat is unit testen?

Eenheidstests bestaan uit het testen van de kleinste onderdelen van je code, zoals individuele functies, methoden of klassen, om ervoor te zorgen dat ze werken zoals verwacht. Deze tests zijn gericht op het controleren of een specifieke code-eenheid de juiste uitvoer produceert voor een bepaalde invoer.

Unit tests zijn meestal snel omdat ze niet afhankelijk zijn van externe systemen zoals databases, API's of bestandsopslag.

Het belangrijkste voordeel van unit tests is de mogelijkheid om problemen snel op te sporen. Als een test faalt, wordt het probleem geïsoleerd naar de specifieke functie of methode, waardoor het gemakkelijker te identificeren en op te lossen is. Unit tests zijn ook handig om bugs vroeg in het ontwikkelproces op te sporen, vooral bij het updaten van de code. Unit tests kunnen echter niet het gedrag van het systeem beoordelen als alle componenten geïntegreerd zijn.

Dit is waar integratietesten om de hoek komen kijken.

Wat zijn integratietests?

Integratietesten hebben een bredere aanpak door te controleren hoe verschillende onderdelen van het systeem samenwerken. Het richt zich niet op individuele componenten, maar controleert de interacties tussen modules, services of externe systemen, zoals een webserver die verbinding maakt met een database of een API die interactie heeft met een externe service. Het doel is om ervoor te zorgen dat deze componenten, die misschien slagen voor hun unit tests, goed werken wanneer ze geïntegreerd zijn.

Omdat integratietests meer gebieden bestrijken, zijn ze vaak langzamer en complexer dan unit tests. Ze zijn ook vatbaarder voor inconsistenties, vooral als externe systemen, zoals een API van derden, instabiel zijn. Integratietests zijn echter essentieel voor het identificeren van problemen die unit tests kunnen missen, zoals onjuiste gegevensoverdracht tussen componenten of fouten in de databaseconfiguratie.

Belangrijkste verschillen tussen Unit- en Integratietesten

Om te begrijpen hoe deze twee benaderingen verschillen, vergelijken we ze op een aantal belangrijke gebieden:

Toepassingsgebied

Eenheidstesten richten zich op een enkele functie of methode in isolatie, zoals het testen van één puzzelstukje om er zeker van te zijn dat het goed past. Integratietesten daarentegen onderzoeken hoe meerdere stukjes samenwerken en zorgen ervoor dat de geassembleerde componenten werken zoals verwacht.

Snelheid

Unit tests zijn snel omdat ze niet afhankelijk zijn van externe systemen. Je kunt er honderden in een paar seconden uitvoeren, waardoor ze ideaal zijn voor frequente controles tijdens de ontwikkeling. Integratietests, die vaak samenwerken met databases of API's, duren langer om uit te voeren en kosten soms seconden of minuten per test.

Complexiteit

Het schrijven van unit tests is meestal eenvoudig omdat je te maken hebt met kleine, geïsoleerde code. Integratietesten zijn lastiger omdat er meerdere componenten en externe afhankelijkheden bij betrokken zijn, die variabelen kunnen introduceren die moeilijk te controleren zijn.

Isolatie

Omdat unit tests de te testen code isoleren, gebruiken ze mocks of stubs om afhankelijkheden te simuleren. Dit houdt de test gefocust en voorspelbaar. Integratietests daarentegen werken met de echte verbindingen tussen componenten en testen hoe ze op elkaar inwerken in omstandigheden die nauw aansluiten bij de productieomgeving.

Foutdetectie

Als een unit test mislukt, is het probleem eenvoudig te lokaliseren omdat de scope smal is, meestal beperkt tot een enkele functie of methode. De diagnose van het probleem kan echter lastiger zijn als een integratietest mislukt. Het probleem kan voortkomen uit een van de samenwerkende componenten of hoe ze zijn verbonden.

Eenheids- en integratietests in balans brengen voor effectieve softwaretests

In de meeste testworkflows dienen unit- en integratietests verschillende doelen, maar geen van beide werkt goed op zichzelf. De juiste balans vinden betekent unit tests richten op de kernfunctionaliteit en integratietests gebruiken voor kritieke interacties tussen componenten. Dit houdt de feedbackloops snel en valideert toch het gedrag van het systeem onder echte omstandigheden.

Te veel unit tests kunnen storingen in de praktijk over het hoofd zien, terwijl te veel integratietests de boel vertragen en het onderhoud vergroten. Een gebalanceerde mix helpt je om bugs in een vroeg stadium op te sporen en er nog steeds op te vertrouwen dat het volledige systeem werkt zoals bedoeld.

Conclusie

Teststrategieën werken het beste als ze zijn gevormd rond de context, niet rond checklists. Weten wanneer je moet vertrouwen op unit tests en wanneer je het systeemgedrag moet valideren met integratietests helpt om de kwaliteit hoog te houden zonder de ontwikkeling te vertragen.

HeadSpin is een testplatform dat is ontworpen voor ontwikkelaars en QA-teams om real-device testen uit te voeren op mobiele, web- en OTT-applicaties. Met toegang tot een breed scala aan apparaten op meer dan 50 locaties wereldwijd, maakt het testen onder echte omstandigheden mogelijk om optimale app-prestaties te garanderen in diverse omgevingen en gebruikersscenario's.